Waarom je denkt dat je nog niet klaar bent voor de volgende carrièrestap

Je ziet een vacature. Een kans. Een mogelijkheid om je team uit te breiden, een project te leiden of eindelijk die volgende stap te zetten. En toch denk je: ‘Ben ik hier wel klaar voor?


Als je dat denkt, ben je niet de enige. Veel vrouwen met een indrukwekkend cv, een hoog verantwoordelijkheidsgevoel en een hoofd vol ambitie twijfelen of ze wel genoeg ervaring, kennis of leiderschap in huis hebben voor de volgende stap. Maar waar komt die twijfel eigenlijk vandaan?

Typische gedachten die ik hoor bij mijn klanten:

  • Ik wil niet solliciteren als ik nog niet alles 100% beheers.

  • Wat als ik door de mand val zodra ik begin?

  • Er zijn anderen die hier beter in zijn dan ik.’

  • Misschien moet ik eerst nog een opleiding afronden.

Op papier zijn ze meer dan gekwalificeerd. Maar intern zijn ze bezig met het verzamelen van bewijs dat ze nog niet klaar zijn. En die mismatch tussen potentie en zelfperceptie is precies waar het imposter syndrome grip krijgt.

Hoe uit imposter syndrome zich in de praktijk?
Stel jij keuzes uit? Sollicitaties, het vragen om promotie, het oppakken van nieuwe verantwoordelijkheden? Wacht je met het lanceren van iets nieuws, of neem je pas ruimte in als iemand anders je die expliciet geeft?

Ondertussen gebeurt er iets anders: je blijft onder je niveau functioneren. Uit angst dat je door de mand valt zodra je bóven je niveau zou stappen.

Wat zijn de signalen van ‘imposter gedachten’ in deze context?

  • Je vergelijkt jezelf continu met anderen die ‘verder’ lijken te zijn.

  • Je wacht met actie tot je je 100% klaar voelt (wat dus nooit komt).

  • Je stelt jezelf extra hoge eisen voor je 'mag' beginnen.

  • Je denkt dat fouten maken automatisch betekent dat je ongeschikt bent.

Als je deze signalen herkent, zit je mogelijk niet op het punt van nóg niet klaar zijn, maar op het punt van jezelf kleiner houden dan nodig is.

Wat zit daar psychologisch achter?
Het idee dat je pas mag groeien als je alles onder controle hebt, is vaak ontstaan in een systeem waarin fouten onveilig voelden. Misschien werd je vroeger geprezen voor je zelfstandigheid, je kennis of je prestaties. Dus leerde je onbewust: ik ben pas veilig als ik het zeker weet.

En dan komt er iets nieuws. Iets spannends. Je brein zegt: let op, risico. En je oude beschermmechanisme reageert: eerst nog even wachten.

Maar hier zit het addertje: dat wachten voelt rationeel, maar is vaak vermomde angst.

Goed spannend vs. imposter spannend
Er bestaat zoiets als goed spannend: je voelt gezonde zenuwen, maar ook nieuwsgierigheid. Je weet: ik groei hier.

En dan heb je imposter spannend: je voelt verlamming, wil terugdeinzen, en verzint redenen om te blijven waar je bent. Het verschil zit ‘m in de onderstroom:

  • Goed spannend: ‘Ik weet niet precies hoe dit gaat, maar ik wil het onderzoeken.’

  • Imposter spannend: ‘Als ik dit niet perfect doe, val ik door de mand.’

Herken je het verschil?

Wat gebeurt er als je toch beweegt?
Vrouwen die ondanks hun twijfel die volgende stap nemen, vertellen vaak achteraf:

  • Ik dacht dat ik veel minder wist dan ik bleek te kunnen.

  • Het was zwaarder in mijn hoofd dan in de praktijk.

  • Doordat ik het ben gáán doen, kreeg ik pas echt zelfvertrouwen.

Je systeem leert namelijk niet van denken, maar van ervaren. Elke actie geeft je brein bewijs: ik kan dit.


Eerste stappen als je denkt dat je nog niet klaar bent

  • Gebruik de 'if I were ready'-vraag.
    Stel jezelf de vraag: ‘Wat zou ik nu doen als ik wél dacht dat ik er klaar voor was?’ En doe dat. Je brein hoeft niet eerst overtuigd te zijn om te bewegen.

  • Verklein de stap.
    Je hoeft niet meteen de hele berg te beklimmen. Zoek een low-risk versie van de stap. Leid een intern overleg, pitch je idee in een kleine setting, of geef je op als mentor voor een collega.

  • Gebruik je netwerk als spiegel.
    Vraag twee mensen die je vertrouwen wat zij in jou zien dat jij (nog) niet ziet. Je hoeft het niet meteen te voelen, maar sta open voor hun perspectief.

  • Bewaar een 'wat ik al kan'-lijst.
    Niet gebaseerd op titels of resultaten, maar op gedrag. Wanneer was je moedig? Duidelijk? Creatief? Oplossingsgericht? Dat zijn kwaliteiten die je meeneemt, ongeacht je functie.

  • Doe de Imposter Syndrome test.
    Ontdek welke innerlijke stem jouw groei saboteert, en leer hoe je die niet langer laat sturen.


Wat je hieruit kunt meenemen: 
Je hoeft niet te wachten tot je je zeker voelt. Je hoeft niet te wachten tot je een titel, diploma of uitnodiging krijgt. De gedachte ‘ik ben er nog niet klaar voor’ is niet altijd de waarheid. Soms is het een oude stem in een nieuw jasje.

En het moment dat jij dat gaat doorzien, is het moment waarop je jezelf toestemming kunt geven. Niet om perfect te zijn. Maar om te beginnen.

Anuroopa Kataria | Carrière Counselor

Na een carrière in de corporate wereld begeleid ik nu vrouwen die het van buiten allemaal lijken te hebben, maar van binnen vastlopen in twijfel en prestatiedruk. Opgeleid aan de Nederlandse Academie voor Psychotherapie en aan het Imposter Syndrome Institute, met ervaring bij o.a. KLM, Randstad en SoHo House.

Next
Next

Geduldiger worden: 8 tips voor gedreven vrouwen die altijd ‘aan’ staan